Binnenstebuiten, deel 1: Zorg goed voor jezelf
Geschreven door Ilonka van der Sluijs - VisserAndré Meiresonne zou deze dagen druk moeten zijn met het voorbereiden van kerkdiensten, maar nu zit hij thuis. In de aanloop naar Palmpasen deelt hij zijn overpeinzingen. ‘Deze tijd maakt me meer bewust van wat werkelijk van belang is: samen leven met andere mensen.’
Twee woorden schieten me deze dagen te binnen, solitair en solidair. Solitair, de noodzakelijke maatregelen werpen ons terug op onszelf. Afstand houden, opgesloten om besmetting te voorkomen. Tegelijk, solidair, het besef dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. De verbondenheid lijkt met elke nieuw maatregel te groeien.
Komt, na de aanvankelijke schrikreactie van het hamsteren, nu dan het delen? De mens is nobel en laaghartig tegelijk. Wanneer we bang worden regeert het egoïsme. Maar vroeg of laat komt het altruïsme omhoog. We weten dat we blij worden van anderen helpen en bijstaan. Het voelt gewoon goed, en we kunnen niet eens uitleggen waarom. Zoals ooit in een STER-commercial, voor een margarinemerk: ‘Dat ken je niet zeggen… dat is gewoon lekker!’
Wanneer ik de kerkklokken van Sommelsdijk hoor luiden besef ik hoe fijn het is om samen te zijn. Wat een zegen het is om op zondagochtend samen te komen, met elkaar een gevoel van verbinding te delen. Hetbesef dat we mensen zijn op aarde. Dat we veel kunnen, en tegelijk zo weinig. Dat we het uiteindelijk niet voor het zeggen hebben. Wat maar weer blijkt in deze vreemde tijden.
Al jaren hoop ik op een gebeurtenis waardoor het werkelijk weer eens ergens over gaat. Iets dat ons bij elkaar brengt, verbindt, weer een doel geeft om naar te streven. Dit rare gevoel van nu, dit afgesloten en opgesloten zijn, zou ons dat juist bij elkaar kunnen brengen? Het besef dat we allemaal hetzelfde probleem hebben? Voelen dat we elkaar missen, dat we elkaars stem, blik, aanraking nodig hebben? Dat we meer gesteld zijn op anderen dan we misschien door hadden?
Nabijheid
Ik mis de nabijheid van de ander – de aanwezigheid van de ander. Ik mis evengoed het zelf aanwezig kunnen zijn. Tegelijk neemt die nabijheid ook toe. Ik blijk die nabijheid zelf te kunnen creëren: door te bellen, te appen, te mailen, te schrijven. Wist ik dat dan niet? Natuurlijk wel! Maar ik was er niet mee bezig. Teruggeworpen op mezelf dringt het belang van nabijheid meer tot me door, en besef ik beter wat ik er zelf aan kan doen. Dat is mooi meegenomen.
Wonderlijk hoe de intensiteit van de communicatie toeneemt. Ik word me veel meer bewust van het belang van dagelijks contact. Ik mis de mensen die je normaal gesproken zomaar tegenkwam. Realiseer me wat je niet opmerkt wanneer het geen moeite kost, omdat het gegeven is – wanneer alles maar vanzelf gaat, zonder dat je er al te veel voor hoeft doen. Deze tijd maakt me meer bewust van wat werkelijk van belang is: samen leven met andere mensen.
Voorbeeld
Ik verbaas me over mijn ontroering over Mark Rutte – wie had dat gedacht?! Wat me raakt is dat hij er is: hij staat er, hij doet wat hij kan. Dat is zijn voorbeeld: er zijn.
Dat is wat van iedereen nu gevraagd wordt: er zijn. Wees aanwezig – ben er, voor jezelf en voor de ander, zorg goed voor jezelf, en zorg ook voor degene naast je. Zorg voor elkaar, want hier komen we alleen maar samen uit – wanneer we nu niet aan een ander denken loopt dit echt uit de hand.
Gek genoeg begint dat aan een ander denken met goed aan jezelf denken – zorg dat je zelf gezond blijft: eet genoeg, slaap genoeg, beweeg genoeg, krijg genoeg zon. We moeten hier doorheen, en we gaan hier uitkomen. Op een dag is het over, dat is zeker.
Ik hoop dat de stilte waarin we nu leven ons de rust gaat geven om dicht bij onszelf te komen. Want hoe dichter bij onszelf, hoe meer we er voor elkaar kunnen zijn.
André Meiresonne, vervanger van Jan Klijnsma